In eerste instantie kan Otto het niet opbrengen om Annes teksten te gaan lezen. ‘Ik heb de kracht niet het te lezen’, schrijft hij op 22 augustus 1945 aan zijn moeder. Een maand later is hij van gedachten veranderd en kan hij het niet wegleggen. Otto besluit om uittreksels te maken voor de familie in Basel en hij begint aan een vertaling in het Duits.
De publicatie van het dagboek
‘Dit is de erfenis van uw dochter’, zegt helpster Miep Gies tegen Otto Frank als zij hem de dagboekpapieren van Anne geeft. Otto heeft dan net gehoord dat zijn dochters Margot en Anne zijn gestorven aan vlektyfus in Bergen-Belsen.
‘Wat ik lees in haar boek, is zo onbeschrijfelijk boeiend en ik lees maar door.’
‘Eerst stuitte de gedachte aan een publicatie mij erg tegen de borst, maar langzamerhand zag ik in dat zij gelijk hadden.’
‘Een heel andere Anne’
Otto had altijd gedacht dat hij een goed beeld had van wat er in Anne omging. Maar als hij haar teksten leest, beseft hij dat dat niet het geval was. ‘Er verscheen een heel andere Anne voor me dan de dochter die ik had verloren. Zulke diepe gedachten en gevoelens, daar had ik geen idee van.'
Niet alleen de familie, maar ook vrienden lezen Otto's uittreksels. Zij vinden Annes teksten ‘een belangrijk menselijk document’ en vinden dat Otto de teksten niet voor zichzelf moet houden. Pas na enige tijd is Otto het met hen eens. Maar eenvoudig is het niet om zo kort na de oorlog een uitgever te vinden, want de meeste mensen willen vooral vooruit kijken.
‘Kinderstem’
Via zijn kennissen Jan en Annie Romein, beiden historici, lukt het Otto Frank om een uitgever te vinden. Jan Romein leest het dagboek en schrijft er een korte column over voor de krant Het Parool met de titel ‘Kinderstem’.
Hij schrijft onder meer: ‘Toen ik het uit had, was het nacht en het verwonderde mij, dat het licht nog brandde, dat er nog brood en thee te krijgen waren, dat ik geen vliegtuigen hoorde ronken en geen soldatenlaarzen klonken op straat, zó had de lezing mij gevangen en teruggevoerd naar de onwezenlijke wereld die nu al bijna weer een jaar achter ons ligt.’
Otto’s compilatie
Door de column van Jan Romein krijgt de Amsterdamse uitgeverij Contact interesse. Otto maakt een compilatie van Annes dagboek, haar herschreven dagboekteksten en enkele korte verhaaltjes.
Hij besluit bijvoorbeeld om kritische teksten die Anne over haar moeder schreef en wegliet in haar herschreven versie toch op te nemen. In haar herschreven versie liet Anne ook haar verliefdheid op Peter weg, Otto besluit om dit wel op te nemen in zijn compilatie. Maar Otto laat ook sommige dingen weg, zoals een stuk waarin Anne scherp over zijn huwelijk met Edith oordeelt.
Annes wens gaat in vervulling
In 1947 komt het boek uit, iets meer dan vijf jaar na Annes dertiende verjaardag, de dag waarop zij haar dagboek kreeg. De titel van het boek had zij zelf al verzonnen: Het Achterhuis. Terugblikkend schrijft Otto Frank: ‘Wat zou Anne daar trots op geweest zijn als ze dit had meegemaakt. Ze had immers op 29 maart 1944 geschreven: "Stel je eens voor hoe interessant het zou zijn als ik een roman van het Achterhuis uit zou geven."'
De Nederlandse uitgave krijgt positieve recensies, zoals ‘een oorlogsdocument van treffende dichtheid’. En: ‘Ouders en opvoeders wordt met klem aangeraden dit dagboek te lezen.’ Na de eerste druk (3.036 exemplaren), volgen in december 1947 de tweede (6.830) en in februari 1948 de derde druk (10.500 exemplaren).
Van het verleden leren
Het succes van Het Achterhuis in Nederland geeft Otto Frank moed om te kijken naar mogelijkheden in andere landen. Na een Franse uitgave (1950), volgt een Duitse (ook in 1950). In 1952 verschijnt het boek in een Engelse versie, een voor Groot-Brittannië en een voor de VS. Volgens Otto Frank maakte het overal een diepe indruk op de lezers.
Het blijft niet bij die vier vertalingen. In de loop van de jaren komen er steeds meer bij. Het dagboek van Anne Frank is nu beschikbaar in ruim 75 talen. Otto Frank ontvangt tot zijn dood in 1980 reacties van lezers uit de hele wereld, die er diep door geraakt worden. Met sommigen van hen ontstaan hechte vriendschappen. Over die brieven schrijft hij dat er ‘(...) ondanks alle verschillen (...) toch meestal de wens uit naar voren komt om van het verleden te leren en mee te werken aan een beter begrip van de mensen onderling.’
Bijlage: schuilnamen van de onderduikers en de helpers
De echte namen van de onderduikers en de schuilnamen die Otto koos voor Het Achterhuis.
Echte namen | Otto's keuze | |
Otto Frank | Otto Frank | |
Edith Frank | Mevrouw Frank / Mama | |
Margot Frank | Margot Frank | |
Anne Frank | Anne Frank | |
Hermann van Pels | Mijnheer Van Daan | |
Auguste van Pels | Mevrouw / Petronella van Daan | |
Peter van Pels | Peter van Daan | |
Fritz Pfeffer | Albert Dussel | |
De echte namen van de helpers en de schuilnamen die Otto koos voor Het Achterhuis.
Echte namen | Otto's keuze | |
Miep Gies | Miep van Santen | |
Jan Gies | Henk van Santen | |
Johannes Kleiman | Mijnheer Koophuis | |
Victor Kugler | Mijnheer Kraler | |
Bep Voskuijl | Elli Vossen | |
Johan Voskuijl | Mijnheer Vossen | |